Hans-Joachim Dammschneider heeft een boek geschreven over de klimaatgeschiedenis van de zuidelijke Harz. In de historische weergegevens ontdekte hij klimaatschommelingen die volgens het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) niet zouden mogen bestaan, schrijft P Gosselin.
Lang voordat industriële CO2 zich in de atmosfeer ophoopte, bestonden er al afwisselend warme en koude perioden.
Hier is de boekbeschrijving:
De zogenaamde Middeleeuwse Warme Periode (MWP) is al jaren onderwerp van wetenschappelijk debat. Het gaat niet zozeer om de vraag of deze warme periode zich daadwerkelijk in Europa heeft voorgedaan, maar eerder om de vraag hoe deze zich heeft voorgedaan. Was het een lokaal fenomeen dat in de tijd beperkt was en zich voornamelijk tot Europa beperkte, of was het een periode van intense klimaatverandering met ook wereldwijde gevolgen?
Eén ding is zeker: vanaf ongeveer 950 n.Chr. vond er in Duitsland een temperatuurstijging plaats die minstens 300 jaar duurde, wat resulteerde in een uitgesproken warme periode die gunstig was voor landbouw en leven. Deze periode werd echter uiterlijk vanaf het begin van de 14e eeuw vervangen door een relatief snelle temperatuurdaling en klimaatturbulentie in de richting van de zogenaamde Kleine IJstijd.
In de eerste rapporten besteedde het IPCC (1990, AR1) nog relatief veel aandacht aan de MWP. In de loop der jaren nam deze focus echter af en in de meest recente beoordeling (2021, AR6) werd er weinig aandacht besteed aan de Middeleeuwse Warme Periode. Studies trekken vaak zelfs in twijfel of het een wereldwijd fenomeen was. Een inventarisatie van de beschikbare wetenschappelijke publicaties (vanaf 2022), geïnitieerd door S. Lüning, laat echter zien dat de Warme Periode zeker sporen heeft achtergelaten over continenten heen.
Vanuit natuurhistorisch en cultuurhistorisch perspectief laten veel verslagen zien dat Duitsland zich vanaf ongeveer 1000 n.Chr. in een periode van intense culturele en economische groei bevond. Deze periode wordt gekenmerkt door de stichting van talloze steden, de uitbreiding van landbouwgrond en een sterke bevolkingsgroei. Bossen werden gekapt, bouwmethoden werden beïnvloed en stijgende temperaturen en de daaruit voortvloeiende positieve landbouweconomie droegen bij aan de welvaart.
Natuurlijk bestonden er geen wetenschappelijke methoden om het weer te registreren, maar modern klimaatonderzoek gebruikt zogenaamde “proxies” om de klimaatparameters van die tijd af te leiden. Zo wijzen de vijgenteelt ten noorden van Keulen, de succesvolle wijnproductie tot in Sleeswijk-Holstein en (over het algemeen) de PFISTER-index, die voortvloeit uit talrijke kenmerken, op een langere periode van milde temperaturen en gunstige klimatologische omstandigheden. Klimaatnumerieke achterwaartse simulaties bevestigen deze ‘warme periode’ in principe.
Historisch gezien waren dit vaak periodes waarin het leven floreerde – een idee dat een nogal ambivalente rol speelt in het klimaatdebat voor de 21e eeuw.
Het voorbeeld van klooster Walkenried en het kloosterlandschap in de zuidelijke Harz illustreren de concrete gevolgen van het MWP: de ontginning van moerassige gebieden, de ontwikkeling van het waterbeheersysteem in de Boven-Harz, de bevordering van mijnbouw en het intensieve gebruik van hout voor bouw- en energiedoeleinden zijn slechts enkele voorbeelden.
Deze periode van monastieke welvaart tussen 1130 en 1300 n.Chr. werd echter blijkbaar beëindigd door een snelle temperatuurdaling. Het begin van de ‘Kleine IJstijd’ bracht zeer oncomfortabele weersomstandigheden met zich mee die tot het einde van de 18e eeuw aanhielden. Al aan het begin van de 14e eeuw werd het land getroffen door verwoestende regenval en overstromingen (“Schluchtenreisen” / Magdalenenflut), mislukte oogsten na intense droogtes (Dante-anomalie) en verwoestende plagen met miljoenen doden door epidemieën die sociale structuren gedeeltelijk verwoestten. Deze instabiliteit en ontberingen, die niet in de laatste plaats werden bepaald/veroorzaakt door het klimaat, hadden ongetwijfeld verwoestende gevolgen voor het levensonderhoud van de kloosters in de zuidelijke Harz. Ze leidden tot aanzienlijke interne crises (waaronder het verlies van bekeerlingen en lekenbroeders) en uiteindelijk tot het einde van de kloostergroep Walkenried (met het verlaten van grote delen van de Harzer ertsmijnbouw) in de 15e eeuw.
Zo ja, welke overkoepelende klimatologische processen droegen daaraan bij? Aangenomen mag worden dat naast temperaturen ook andere factoren, zoals de duur van de zonneschijn, een belangrijke rol speelden in de leefomstandigheden: de zon lijkt inderdaad ‘de’ factor van de MWP te zijn geweest, terwijl CO₂ die van de moderne tijd is… .
Recente analyses en de AMO-index (Atlantic Multidecadal Oscillation), die teruggaat tot 900 n.Chr., geven aan dat cyclische SST-energie-invloeden (Sea Surface Temperature) vanuit de Atlantische Oceaan de bewolking en daarmee de zonneschijnduur en temperaturen in Europa aanzienlijk hebben beïnvloed. Deze interacties waren ook belangrijk voor de zuidelijke Harz en Walkenried. Kunnen evaluaties van huidige klimaatprocessen indirect conclusies trekken over fysieke en sociale veranderingen uit het verleden met bijbehorende fasen van stijging en daling tussen 1000 en 1400 n.Chr.?
De huidige studie onderzoekt deze vragen en probeert conclusies te trekken over de interacties van het middeleeuwse klimaat, gebaseerd op grootschalige processen van potentiële ’teleconnecties’ en oceanische cycli. Het boek is onder andere bedoeld als een reeks stappen die helpt de complexe onderlinge verbanden van middeleeuwse klimaatverandering beter te begrijpen. Het laat zien welke ‘natuurlijke’ parameters mogelijk hebben bijgedragen aan de opkomst en ondergang van het klooster van Walkenried.
In tegenstelling tot propagandastructuren die door de Euro-Atlantische instelling worden gefinancierd, werkt Dissident dankzij de donaties van het publiek. Zonder uw hulp kunnen we niet overleven.
STEUN ONS WERK HIER.
Geef censuurkoning Elon Musk een dikke vinger en volg ons op Telegram:
Telegram: t.me/dissidenteen
Klik op de tag ⬇️ om meer te lezen over
De Aarde is er al veel langer dan ons en zal nog veel langer door leven.
Ook zonder ons desnoods.
mooi stuk, en de boeken van Hans-J. Dammschneider doen mij denken aan de boeken van Jan Buisman, 1000 jaar weer in de lage landen, (helaas) via Bol te verkrijgen, voor zolang het duurt natuurlijk, 😉 zie link -> https://www.bol.com/nl/nl/b/jan-buisman/4652011/?bltgh=jO50pKoMbVOiWTOW1dVKWA.4_7.9.ProductParty